29 maart 2024

Beroepsonderwijs van vroeger en de witte boorden van nu

OPINIE | Trots en zelfbewust kijken deze leerlingen en docenten van de Ambachtsschool (later de Eerste LTS) aan de Spoorlaan in Tilburg in de lens van de fotocamera. Ergens in de jaren veertig, toen het leven nog sober was. Geen trendy kleren voor deze leerlingen, maar opgelapte overalls. Met daaronder, als teken van beschaving, een weggefrotte stropdas. Those were the days.

Het beroepsonderwijs én de arbeid zijn inmiddels ingrijpend veranderd. In high techbedrijven zijn de werknemers in de overalls helemaal verdwenen. Toch is de koppeling van het moderne beroepsonderwijs aan de klassieke, blauwe overall hardnekkig. Dat bepaalt bij ouders en leerlingen het imago van het beroepsonderwijs.

Maar ook werkgevers, docenten, beleidsmakers en directeuren houden dit imago onbedoeld in stand door er voortdurend op te hameren dat het hedendaagse beroepsonderwijs niets van doen heeft met dat beeld. Wat het nog verwarrender maakt is dat ze er vaak in een adem aan toevoegen dat we met het beroepsonderwijs terug moeten naar de ambachtsschool.

Velen zien in dat weerbarstige imago van vmbo en mbo een verklaring voor het gestaag afnemen van het aantal (v)mbo-leerlingen. Maar zou dat echt de belangrijkste reden zijn? Er spelen mijns inziens meer factoren: ouders zijn bijvoorbeeld zelf hoger opgeleid (succesvol effect van de invoering van de Mammoetwet in 1968); het aantal beroepen en functies en dus het aantal opleidingen is oneindig veel gevarieerder geworden (denk aan dienstverlening, zorgsector). En we zijn vergeten dat de teruglopende interesse voor het beroepsonderwijs (de mavo reken ik daar niet toe) al een heel oud verschijnsel is.

Vooroordeel

Al in de jaren vijftig, de tijd van de wederopbouw, verschenen er publicaties dat een groeiend aantal jongeren (bedoeld werden de jongens) niet meer in de bouw, de  industrie of de weg- en waterbouw wilden werken. Ter illustratie een veelzeggend citaat uit 1950 van economisch hoogleraar dr. W Heere (verbonden aan de toenmalige Katholieke Hogeschool Tilburg, nu Universiteit van Tilburg) op een congres over de Brabantse economie.

Hij waarschuwde voor een afkalving van het technisch beroepsonderwijs omdat veel ouders voor hun kind een ‘witte boorden-carrière’ wensten. “Opgeruimd moet worden het vooroordeel dat fabrieksarbeid minderwaardig is. Dat ULO-on­derwijs zoveel deftiger is dan ambachtsschool”. Einde citaat.
Dat was zestig jaar geleden!

Deel dit artikel