BERKEL – ENSCHOT | NIEUWS | Leerlingen op een excellente kleurrijke basisschool denken positiever over de kernwaarden van de rechtstaat dan leerlingen op een doorsnee kleurrijke school.
Dat gunstige effect is vooral bereikt door een goed schoolklimaat en de manier waarop directie en leerkrachten met elkaar en met de leerlingen omgaan. Het bijbrengen van normen en waarden is minder toe te schrijven aan specifieke onderwijsactiviteiten of een gericht curriculum voor het bevorderen van burgerschapscompetenties. Kwaliteitszorg, leiderschap en schoolklimaat doen er zeer toe.
Dat blijkt uit onderzoek dat oud-inspecteur drs. Joop Smits uit Berkel-Enschot heeft verricht naar de kwaliteit van het onderwijs op 42 van de 95 kleurrijke scholen* in Brabant. Op een excellente kleurrijke basisschool is een ruime meerderheid van de leerlingen verdraagzaam ten aanzien van homo’s (70%), Joden (77%), ongelovigen (86%) en 84% is van mening dat jongens en meisjes gelijk behandeld moeten worden. Voor doorsnee kleurrijke scholen zijn deze percentages respectievelijk 58%, 68%, 74% en 72%.
Publicatie
Van dit onderzoek was al eerder bekendgemaakt wat de cognitieve resultaten zijn op deze scholen. Aanvullend heeft Smits nu de resultaten gepubliceerd als het gaat om sociale** en maatschappelijke opbrengsten en de attractiviteit van het onderwijs. Het gehele onderzoek is door Smits samengevat in de publicatie ‘Werkelijke excellentie is schaars’.
Pedagogische opdracht is meer dan hulp aan zorgleerlingen
Bij de beoordeling van de kwaliteit gaat het, zo wijst Smits erop, om veel meer dan leerresultaten (Cito-scores). “Ook sociale en maatschappelijke competenties van leerlingen zijn onderwijsdoelen voor een school. Nog te vaak is de pedagogische opdracht van het onderwijs beperkt tot hulp aan leerlingen met gedragsproblemen”, is de opvatting van Smits.
Onvoldoende zelfvertrouwen
Uit het vervolgonderzoek blijkt dat de excellente kleurrijke scholen die op cognitief gebied uitstekend presteerden, zich ook goed manifesteren als het gaat om de sociale en maatschappelijke opbrengsten en het algemene welbevinden. Dit in vergelijking met de doorsnee kleurrijke scholen. Toch kennen ook deze excellente scholen op dit vlak zwakke punten. Want de leerlingen op deze scholen hebben onvoldoende zelfvertrouwen en ze zijn onvoldoende vaardig in de sociale omgang met medeleerlingen.
Als het gaat om de attractiviteit van het onderwijs scoren de excellente kleurrijke scholen aanzienlijk beter dan de doorsnee kleurrijke scholen. Leerkrachten op een excellente school geven hun school als het gaat om welbevinden een 7.9 en de leerlingen geven een 8.2. Op een doorsnee school zijn die cijfers respectievelijk 7.4 en 7.6.
Het onderzoek is door Smits uitgevoerd onder auspiciën van prof. Dr. Ton Vallen en universitair docent dr. Rian Aarts van de Universiteit van Tilburg.
*) Een school is kleurrijk als aan meer dan een derde van de leerlingen een gewicht is toegekend volgens de aangescherpte regeling. Smits gebruikt liever niet het stigmatiserende begrip ‘zwarte school’.
**) Onder sociale opbrengsten wordt o.a. verstaan de werkhouding, sociale gedrag en zelfconcept van leerlingen.
Onder maatschappelijke competenties wordt verstaan het kunnen omgaan met verschillen (gelijkheidsbeginsel), maatschappelijk verantwoord handelen en om kunnen gaan met conflicten.
• De publicatie ‘Werkelijke excellentie is schaars’ kan besteld worden bij de auteur drs. Joop Smits, Hazelaarlaan 10, 5056 XM Berkel-Enschot. Email: jaesmits@hetnet.nl
► Lees hier het vorige artikel